Zorg op de juiste plek
2 februari 2022 · 7 minuten

Pilot passende jeugdzorg

Op onderzoek: hoe kunnen we kinderen en jongeren eerder en beter helpen?

Let op: het onderstaande artikel gaat over een pilot die liep in 2021. Op dit moment wordt er geen vervolg gegeven aan deze pilot. Wel wordt de Leven op de rit-module nog toegepast en wordt er nagedacht over hoe we delen van deze module kunnen inzetten in de wachttijd voor intake. Andere onderdelen van de pilot vinden helaas niet meer plaats.

Jitske Doodkorte Bert Deuling Lisa van Os
Jitske Doodkorte, Bert Deuling, Lisa van Os

“Al die wachtlijsten helpen niet.” Jitske Doodkorte, coördinator van Team Jeugd bij de gemeente Lansingerland en Lisa van Os, gz-psycholoog afdeling jeugd bij GGZ Delfland zien dat jeugdigen en hun gezin daardoor niet altijd de juiste zorg krijgen. Zij onderzochten in 2021 wat zij hierin kunnen veranderen, zodat ze kinderen niet alleen eerder, maar vooral ook beter kunnen helpen. De resultaten van hun pilot zijn ‘simpel’, maar hoopgevend.

Knelpunten in de jeugdzorg

“We roepen al langer dat we beter willen samenwerken, maar er is nooit tijd voor. Daardoor blijven we allemaal doen wat we altijd deden.” Lisa was daarom blij dat ze dankzij de transformatiesubsidie van de Gemeenschappelijke Regeling Jeugdhulp Rijnmond (GRJR) tijd kreeg om te onderzoeken hoe het anders kan. “Hoe kunnen we jeugdigen en hun gezin eerder en beter helpen? Het liefst op zo’n manier dat we wachtlijsten verkorten, de specialistische geestelijke gezondheidszorg gerichter inzetten en we meer kinderen kunnen helpen binnen het beschikbare budget.”

Gemeente laat in beeld

Het Team Jeugd van Jitske deed graag mee aan de pilot. “In Lansingerland merkten we dat we weinig zicht hadden op de aanmeldingen voor de specialistische jeugd-ggz. Zo’n tachtig procent verloopt rechtstreeks via de huisarts. Op zich logisch, maar dat betekent dat wij pas na het intakegesprek bij GGZ Delfland in beeld komen. Pas dan weten zij welke zorg, en dus ook welke financiering zij bij ons moeten aanvragen. Maar door de wachtlijsten duurt het soms een jaar voordat ze een kind zien. En, wordt dus ook pas na dat jaar duidelijk of er meer aan de hand is dan psychische problemen. Problemen op school, slaapproblemen, financiële zorgen in het gezin. Hulp die anderen beter kunnen geven, en het liefst ook eerder, voordat de behandeling start.”

Eerder in gesprek

De belangrijkste oplossing die Lisa als projectleider heeft bedacht, is eigenlijk heel simpel. “We zitten samen eerder aan tafel. De jongere en de ouders krijgen een paar weken na hun aanmelding voor specialistische ggz een uitnodiging voor een zorgafstemmingsgesprek (ZAG). Dit is een online gesprek van een half uur met een jeugdconsulent van de gemeente en een behandelaar van GGZ Delfland. In dat gesprek kijken we samen met de ouders en het kind welke hulp nodig is. Is er inderdaad psychiatrische hulp nodig, en zo ja welke? En, is het wenselijk om andere hulp in te zetten naast onze hulp of voordat onze hulp start? Denk aan de jeugdcoaches op school (JOS’ers). Of ondersteuning bij financiële problemen. Of opvoedondersteuning door de specialisten van Enver.”

Daarmee kan de jongere zelf, met begeleiding van ons of een andere hulpverlener, aan de slag met zaken als dagritme, slapen, eten, bewegen

Lisa van Os

Leven op de rit-module

De andere interventie die uit de pilot rolde, is de Leven op de rit (LODR)-module. “We hebben onze module voor volwassenen herschreven voor jeugd”, vertelt Lisa. Het bestaat uit een werkboek en zes bijeenkomsten, waarmee de jongere zelf, met begeleiding van ons of een andere hulpverlener, aan de slag kan met zaken als dagritme, slapen, eten, bewegen. Dit zijn factoren die psychische klachten kunnen versterken of in stand houden. “Het idee was: misschien kunnen andere hulpverleners in de keten deze module begeleiden. De verwachting is dat een psycholoog of psychiater daarna gerichter aan de slag kan met de stoornisspecifieke behandeling. Of is de behandeling misschien helemaal niet meer nodig, omdat mensen hier ook al van opknappen.”

Bredere blik op zorg

De eerste elf ZAG’s zijn gevoerd en de eerste modules in de praktijk getest. “De ervaringen zijn positief”, concludeert Lisa. “We hebben het idee dat we eerder een goede inschatting kunnen maken van de best passende zorg. We krijgen veel informatie uit zo’n gesprek en door de jeugdconsulenten krijgen wij een breder zicht op de aanbieders in de regio. Zo ontdekten we door zo’n ZAG dat een meisje bij ons stond aangemeld, terwijl voor haar broertje – via de jeugdconsulent – gezinsbegeleiding was aangevraagd. Dan komen ineens gezinsleden samen, die je anders los van elkaar bekijkt. En we hebben een jongere van de wachtlijst voor de specialistische ggz gehaald, omdat we zagen dat we de traumatische ervaring laagdrempeliger konden behandelen in onze basis-ggz. Daarnaast hebben we deze jongere voor de behandeling zelf alvast twee preventiemodules laten doen: Met plezier naar school en een Weerbaarheidstraining. Ik word daar blij van. Niet altijd door zelf iets te doen, maar de kinderen en hun gezin de goede kant op te sturen. Ze kunnen zelf aan de slag en leren de contactpersonen van ‘de ggz’ en ‘de gemeente’ al kennen. Het is veel persoonlijker.”

De jeugdconsulent en de psycholoog kunnen elkaar makkelijker vinden en er is een breder en beter beeld ontstaan van de zorgvraag en de ketenpartners

Jitske Doodkorte

Efficiëntere behandeling

Ook teamcoördinator Jitske kijkt positief terug op de pilot. De grootste winst van de pilot noemt zij het feit dat de samenwerking beter is. “Dat zien we niet alleen bij de kinderen die in een ZAG zijn besproken, maar ook bij kinderen uit de andere trajecten. De jeugdconsulent en de psycholoog kunnen elkaar makkelijker vinden. Daarnaast is er een breder en beter beeld ontstaan van de zorgvraag en de ketenpartners. Dat is positief, want als je weet welke samenwerkingspartners jouw cliënt met lichtere zorg kunnen begeleiden, kun je niet alleen gerichter starten met de behandeling, maar kun je als behandelaar een cliënt ook makkelijker loslaten. We voorkomen bovendien dat een behandelaar ‘een kind maar gaat behandelen, omdat het al zo lang op de wachtlijst staat’. Je kunt je voorstellen dat het onmenselijk is om een kind na een lange wachttijd bij een andere zorgorganisatie op de wachtlijst te zetten, terwijl die andere of lichtere zorg misschien wel nodig is.”

Overbelaste zorgschakels

Ondanks de positieve resultaten is Jitske terughoudend in haar uitspraken over de toekomst. “In de ideale wereld is het wenselijk om op deze manier samen te werken. Door de extra pilotgelden kon GGZ Delfland kinderen veel eerder helpen. De wachtlijst liep in deze groep terug van 40 naar 11 weken. De wachttijd tussen aanmelding en intake was zelfs zo kort, dat er (te) weinig tijd was om andere hulpverlening goed op te laten starten.” En dat is precies waar de reserve van Jitske vandaan komt: “De hele keten is overbelast. Nu kon de ggz sneller schakelen, maar hadden wij onze handen vol aan allerlei andere zorgvragen. Er waren nu bij ons enorme wachtlijsten. We staan nog steeds achter de pilot. Het werkt. Maar we kunnen dit natuurlijk nooit voor alle ggz-instellingen in de regio realiseren.”

Opschonen wachtlijsten

Lisa laat zich niet zomaar uit het veld slaan. “Alle betrokken partijen zijn positief over de werkwijze. We willen in elk geval verder onderzoeken welke elementen we kunnen meenemen naar de toekomst, zoals de samenwerking met de jeugdconsulenten, de JOS’ers en de inzet van de Leven op de rit-module.” Daarnaast noemt Lisa nog een interessant resultaat uit deze pilot. “Doordat ik als psycholoog en projectleider zelf cliënten belde of zij wilden deelnemen aan deze pilot, bleek dat sommige kinderen geen hulp meer nodig hadden. Of was een telefoongesprek voor een ouder voldoende om zelf verder te kunnen. Daardoor werden onze wachtlijsten ook korter.”

Het idee is dat de POH GGZ Jeugd extra kennis in de huisartsenpraktijk brengt, hulpvragen beter kan beoordelen en zelf ook kan behandelen

Lisa van Os

Samenwerking met de POH GGZ

Een andere ontdekking die Lisa verder wil verkennen is de samenwerking met de praktijkondersteuners (POH) GGZ Jeugd. “In de tijd dat wij met onze pilot startten, heeft Lansingerland nieuwe praktijkondersteuners POH GGZ Jeugd gekregen. Het idee is dat zij extra kennis in de huisartsenpraktijk brengen, hulpvragen beter kunnen beoordelen en zelf ook kunnen behandelen. Bert Deuling, adviseur en voormalig projectleider POH GGZ Jeugd die de implementatie van de praktijkondersteuner in de gemeente Lansingerland heeft begeleid, heeft één van hen aan ons project gekoppeld voor maandelijkse intervisiegesprekken en het testen van de Leven op de rit-module. De pilot was te kort, maar het is interessant om verder te verkennen hoe wij elkaar kunnen versterken. Misschien is een ZAG hierdoor in de toekomst helemaal niet meer nodig, en vervult de POH GGZ Jeugd deze rol.”

Vervolg in andere gemeenten

Lisa heeft daarom vervolgsubsidie aangevraagd. “We willen een vergelijkbare werkwijze testen met de gemeenten Vlaardingen en Schiedam. Zij werken net iets anders. Ze hebben een wijkteam dat zelf ook jeugdhulp aanbiedt. Kunnen we met hen ook de aanmeldingen van de huisarts eerder bespreken? Kunnen we samen de zorg herschikken? En kunnen we de wisselwerking met de POH GGZ Jeugd verder verkennen en de Leven op de rit-module breder inzetten? Dat is het idee.” Bert Deuling juicht een vervolg toe. Hij ziet als projectleider van vernieuwingsprojecten in de jeugdzorg dat de druk toeneemt. ”Gemeenten zijn overbelast, de zorg is overbelast. Je kunt problemen alleen oplossen als je die samen oppakt. Deze pilot is een kans om elkaar te vinden en samen de wachttijd zinvol te besteden en te verkorten. Ook door de jongeren en het gezin zelf dingen te laten doen, of andere ketenpartners eerder in te schakelen. De overbruggingszorg die de POH GGZ Jeugd nu noodgedwongen biedt, krijgt daardoor ook meer richting. We zijn er nog niet, maar dit is te kansrijk om te laten lopen.”

Meest gelezen

Meer verhalen

Meest gelezen

Meer verhalen
13 april 2022 · 6 minuten

Zelf aan de slag met praktische doelen en haalbare stappen

Nee, je start niet altijd bij de psycholoog of psychiater

2 februari 2022 · 8 minuten

Zorg voor kwetsbare ouders en hun baby’s

"Ik wil contact"

26 oktober 2021 · 6 minuten leestijd

De juiste route bij crisiszorg

Soms is ‘nee’ het beste antwoord

30 juni 2021 · 5 minuten leestijd

Gemeenschappelijke triage

Meteen op het juiste adres:
in de basis of
specialistische ggz

29 april 2021 · 6 minuten leestijd

Corona als impuls

Dichterbij in een
digitale wereld

1 mei 2021 · 9 minuten leestijd

Blijven verbeteren

Stap voor stap: van idee
naar innovatie