Ouder- en gezinsfactoren, omgevingsfactoren en kindfactoren bepalen de interactie tussen ouder en kind en de ontwikkeling van het kind. Daarbij kunnen psychische problemen van een ouder impact hebben op de rest van het gezin. Toch is een geïntegreerd behandelaanbod voor ouder en kind, waarbij de volwassen ggz samenwerkt met de jeugd ggz nog niet gebruikelijk in Nederland. Bij GGZ Delfland hebben we een Gezinspoli waarbinnen we gezinsleden niet apart behandelen maar in samenhang met en binnen de context van het gezin. Gz-psycholoog Harre Jacobs en orthopedagoog-generalist Marianne Koole vertellen over de mooie resultaten die dit oplevert.
Ouder- en gezinsfactoren, omgevingsfactoren en kindfactoren bepalen de interactie tussen ouder en kind en de ontwikkeling van het kind. Daarbij kunnen psychische problemen van een ouder impact hebben op de rest van het gezin. Toch is een geïntegreerd behandelaanbod voor ouder en kind, waarbij de volwassen ggz samenwerkt met de jeugd ggz nog niet gebruikelijk in Nederland. Bij GGZ Delfland hebben we een Gezinspoli waarbinnen we gezinsleden niet apart behandelen maar in samenhang met en binnen de context van het gezin. Gz-psycholoog Harre Jacobs en orthopedagoog-generalist Marianne Koole vertellen over de mooie resultaten die dit oplevert.
“Het is natuurlijk niet zo dat we voorheen bij de behandeling van kinderen op de poli jeugd nooit naar de gezinssituatie keken”, begint Marianne. “Ouderbegeleiding en systeemtherapie werden ingezet vanuit de behoefte om de behandeling van het kind te ondersteunen. We merkten echter dat er soms meer specifieke behandeling van ouders nodig was, afgestemd op de behandeling van het kind. Zo ontstond de behoefte om ouder en kind in samenhang te behandelen, in plaats van los van elkaar. De behandeling van de ouder is ook gericht op afname van klachten en herstel van functioneren en gaat daarmee verder dan binnen ouderbegeleiding of systeemtherapie. Dat faciliteren we nu, sinds november 2020, met de Gezinspoli. De hoofdvraag is hier altijd: wat heeft dit gezin nodig om verder te komen?”
Behandeling kind ontregelt soms de ouder
Het is een patroon dat de zorgverleners regelmatig tegenkomen: de problematiek van een ouder maakt dat de behandeling van het kind een grens bereikt. Het kind is er dan bij gebaat dat ook de ouder zelf in behandeling gaat. Marianne: “Ik had een jongen van tien jaar in behandeling, die was getraumatiseerd door huiselijk geweld. Voor het slagen van zijn behandeling was het essentieel dat hij zich vrij voelde om te vertellen over zijn ervaringen. Maar, zijn moeder raakte zelf overspoeld door emoties op het moment dat de traumatische ervaringen ter sprake kwamen. Ze bleek zelf ook getraumatiseerd. Het lukte de moeder niet om haar eigen proces op zo’n moment te parkeren, emotioneel beschikbaar te zijn voor haar zoon en hem zo te bieden wat hij nodig had. We kunnen in zo’n geval de ouder natuurlijk doorverwijzen naar de poli volwassenen, maar het is juist van meerwaarde om de behandeling van het gezin geïntegreerd aan te pakken. Daarmee heb je automatisch meer oog voor de patronen in een gezin, en kun je flexibeler inspelen op wat er precies nodig is bij één gezinslid om daarmee het gezin als geheel verder te helpen.”
Soms kiezen we ervoor om eerst de ouder te behandelen, zodat die er weer kan zijn voor het kind
Marianne Koole
Ouders zijn vaak gemotiveerd
Ook de volgorde van behandeling is belangrijk, legt Marianne uit. “Als de traumabehandeling van een kind ontregelend is voor de ouder, dan kiezen we er soms voor om eerst de ouder te behandelen – zodat die er weer kan zijn voor het kind – en daarna pas het kind.” Gelukkig staan de meeste ouders ervoor open om net als hun kind in behandeling te gaan. Dat komt volgens Harre doordat we ouders in laten zien dat ze middels eigen behandeling hun kind vooruit kunnen helpen. “Voor ouders is het ouderschap vaak het belangrijkste in hun leven. Iedereen wil dat zijn kind goed terecht komt. Dat blijkt een sterke motivator te zijn om zelf in behandeling te gaan.”
Snel schakelen
Op de Gezinspoli werken gz-psychologen, klinisch psychologen en een orthopedagoog-generalist. Meestal een paar uur per week, naast hun ‘normale’ werkzaamheden op de poli jeugd of de poli volwassenen. Alle behandelaren hebben affiniteit met integraal en contextueel werken. Harre: “We hebben vaste overlegmomenten met elkaar, waarbij we het gezin in zijn geheel bespreken. Daarmee blijven we goed in afstemming met elkaar werken en kunnen we snel schakelen als dat nodig blijkt”. Ook het feit dat de behandelaren bij de Gezinspoli bijna allemaal op dezelfde gang zitten, werkt volgens Harre prettig: “We kunnen elkaar even snel aanschieten als dat nodig is”.
Met alleen een kindbehandeling voor dit jongetje bij poli jeugd, zou dit patroon niet te doorbreken zijn
Harre Jacobs
Werken op de Gezinspoli geeft voldoening
Marianne en Harre halen veel voldoening uit hun werk. Harre: “Het mooie aan werken op de Gezinspoli vind ik dat ik in de dagelijkse praktijk echt merk dat we dankzij de integrale aanpak betere resultaten behalen met onze behandelingen. Een voorbeeld is een jongetje dat met heftige driftbuien werd aangemeld. Op het moment dat het jongetje een driftbui had, lukte het zijn vader niet om emotioneel beschikbaar te blijven voor zijn zoontje en hem te helpen zijn emoties te reguleren. De vader haakte af. Het jongetje ervaarde daardoor dat juist op de momenten dat emoties hem overspoelen, er niemand voor hem is. Met alleen een kindbehandeling voor dit jongetje bij poli jeugd, zou dit patroon niet te doorbreken zijn. We zijn samen met vader gaan kijken naar waarom het hem niet lukt op deze momenten een veilig hechtingsfiguur voor zijn kind te zijn. Vader vertelde dat zijn eigen moeder in zijn jeugd last had van psychoses. Zijn eigen vader deed op die momenten precies hetzelfde als wat hij nu doet: vermijden. De vader van het jongetje heeft vanuit zijn jeugd aan de ene kant de boodschap gekregen dat emoties onvoorspelbaar, bedreigend en overspoelend zijn, en aan de andere kant dat vermijden de enige manier is om hiermee om te gaan. Hij heeft niet geleerd om op een gezonde manier met zijn eigen emoties om te gaan, en kan dat dus ook niet aan zijn zoontje meegeven.”
Het kind staat voorop
Harre is eerst met de vader aan de slag gegaan. “Wij benaderen de situatie altijd vanuit het kind: wat heeft het kind nodig? In dit geval had het jongetje een stabiele vader nodig, die hem leert zijn emoties te reguleren.” Hier bewijst mijns inziens de Gezinspoli zijn meerwaarde, legt Harre uit. “Ik denk dat als de Gezinspoli er niet was geweest, deze vader waarschijnlijk niet zelf in behandeling was gekomen. Tenslotte had hij zelf slechts beperkt klachtbesef en ervoer hij buiten de gezinsrelatie beperkte lijdensdruk. Bovendien was de motivatie van de vader nu duidelijk het beter maken van zijn kind. Als hij puur individueel in behandeling was gegaan, was de kans groot dat hij voortijdig confrontaties binnen de behandeling zou gaan vermijden. Nu herinnerden wij hem er steeds aan waarom en voor wie hij dit deed.”
Je ziet een tendens waarbij steeds meer ggz-instellingen op integrale wijze kijken naar gezinsproblematiek
Harre Jacobs
Organisatorisch soms complex
Hoewel Marianne en Harre inhoudelijk heel positief zijn over de Gezinspoli, is het volgens hen organisatorisch soms best een uitdaging. Met name doordat de vergoedingsstructuur en regelgeving verschillend is voor jeugdigen en volwassenen en zo soms niet geheel aansluit op de visie van de Gezinspoli. Harre: “We hebben te maken met twee financieringsstromen: die vanuit de gemeentes in het geval van de jeugd ggz, en die vanuit de zorgverzekeraars in het geval van de volwassenen ggz. En hoe we de kaders van deze twee stromen passend krijgen bij wat nodig is in een gezin, is soms best een puzzel”. Desalniettemin zie je een tendens waarbij steeds meer ggz-instellingen op zoek zijn naar constructies waarbinnen zij het op integrale wijze kijken naar gezinsproblematiek vorm kunnen geven en heeft onderzoek* reeds laten zien dat gezinnen tevreden zijn en er een toegevoegde waarde is. Harre en Marianne zijn hier blij mee en hopen dat deze trend zich verder voortzet.
*Er is bijvoorbeeld recent een onderzoek binnen het Tijdschrift van Psychiatrie gepubliceerd dat gekeken heeft naar een vergelijkbaar geïntegreerd behandelaanbod voor ouder en kind binnen de Dimence Groep. Dit onderzoek laat zien dat er een toegevoegde waarde is. Lees hier het artikel.
Wat vond je van het verhaal?
Deel dit artikel: